RECENSIE: Ben Watt - Storm Damage

Ben Watt
2020-03-18 Ben Watt begon ooit in 1983 als soloartiest met het album North Marine Drive. Hierna genoot hij zeventien jaar lang vooral bekendheid als de mannelijke helft van het duo Everything But The Girl. Na negen albums hield het echtpaar het voor gezien en brachten zij los van elkaar solowerk uit. Watt schreef daarnaast noemenswaardig over hoe hij in 1992 zijn auto-immuunziekte te boven is gekomen (Patient - The True Story Of A Rare Illness). Ook richtte hij een aantal muzieklabels op voor opkomende artiesten in verschillende genres: Buzzin Fly Records en Strange Feeling Records. In 2014 pakt hij zijn solowerk weer op met Hendra, wat hij uitbrengt op Unmade Road, een label dat hij speciaal heeft opgericht voor zijn eigen materiaal.

Zijn derde album op dit label, Storm Damage, is wederom een folk-jazzy aangelegenheid. Het verschilt van de vorige twee albums door enerzijds spaarzaam om te gaan met de gekozen instrumenten en anderzijds door meer gebruik te maken van elektronica. Watt speelt wederom alle keyboards en gitaren, nu aangevuld door de ritmesectie van het Neil Cowley Trio (Rex Horan op bas en Ewan Jenkins op drums en percussie). Een ”future-retro trio” zoals hij het zelf noemt. Gitarist Alan Sparhawk van de groep Low maakt een gastoptreden op ‘Irene’. Het nummer illustreert een van de thema’s op het album: de weemoed en onomkeerbaarheid van het ouder worden. “The crowd has grown older too/But some of them, they want a piece of you/They yearn for some golden age”.

Een ander thema is zijn afkeer van het huidige politieke klimaat in het Verenigd Koninkrijk en de schijnbare machteloosheid om hier iets tegen te doen. Dit hoor je het duidelijkst in ‘Figures In The Landscape’ met tekst “One more day to live through/Take a stand…We’re figures in the landscape”. Zowel het recentelijke overlijden van zowel zijn halfbroer en halfzus als de tijd dat hij zelf oog in oog stond met de dood, wordt aangehaald in ‘Hand’: “I wonder who’ll be there/When the light starts to fail/ Who will carry my bags/When I’m weary and frail”.

Watt is zich bewust van zijn eigen beperkingen en zorgt er dan ook minutieus voor dat hij niet buiten zijn eigen stembereik zingt. De nummers zijn voor het grootse gedeelte daarvoor goed geschikt: de mix van elektronica en akoestische instrumenten op ‘Retreat To Find’, ‘Summer Ghosts’ en vooral de deels gesproken/deels gezongen ‘Festival Song’ lijken zijn stem uitstekend te passen.

Dit album zal vooral de wat oudere luisteraars aanspreken. De serieuze sfeer, die gecreëerd wordt door prachtige melodieën, grijpt terug naar de tijd dat Watt nog werd gezien als het creatieve muzikale brein van Everything But The Girl. Hier zijn het vooral de prachtige teksten die een man van zijn leeftijd (57) bezighouden, met daarbij een terugblik naar wat er in zijn leven in de afgelopen vier jaar heeft plaatsgevonden. Als je het album wat vaker beluistert, realiseer je je pas dat dit tot zijn beste werk behoort.
Recensent:Hendrik Goos Artiest:Ben Watt Label:Caroline Records
Ebert

Alex Ebert - I Vs IEr is vrijwel niemand die hem van naam kent maar toch was hij in 2009...

Cover Het Zesde Metaal - Skepsels

Het Zesde Metaal - Skepsels In het kader van beter laat dan nooit, presenteren we voor diegene die de...

ZOEKEN IN CD-RECENSIES

 

OF SELECTEER OP GENRE, ARTIEST, LABEL, RECENSENT