RECENSIE: John Moreland - LP5

LP5
2020-03-03 In de recensie over Colter Wall`s Songs Of The Plains schreef ondergetekende hoe de eigenaar van een platenwinkeltje hem kennis liet maken met deze “nieuwe Johnny Cash”. Deze man heeft inmiddels een prominentere winkel in Zierikzee, maar is zijn streken niet verloren. Niet de opdringerige verkoopskills, maar ook niet die van goede muziek aan de man brengen. Zo schalde vorig jaar High On Tulsa Heat door de winkel en nog voordat uw recensent het wist, ging de in 2015 verschenen plaat over de toonbank, terwijl de eigenaar meegaf dat John Moreland een grote meneer is, doelend op zijn gigantische omvang.

De 34-jarige singer-songwriter in de (alt-) country-, folk- en Americanahoek leverde sinds 2008 zeven albums af. Eerst drie albums met band, om vervolgens solo te gaan, met als absoluut hoogtepunt het eerdergenoemde album. Tijdens de periode met band was de muziek rock georiënteerd, maar het zijn de akoestische liedjes waarmee Moreland zich onderscheidde. En dan te bedenken dat zijn eerste muzikale stappen in punk- en hardcorebands liggen. Steve Earles muziek dreef hem uiteindelijk een deze richting in.

Onlangs bracht Moreland zijn vijfde soloalbum, LP5, uit en daarop vervolmaakt de troubadour het geluid van Big Bad Luv. Deze voorganger betekende, met behulp van gastmuzikanten, een stap weg van High on Tulsa Heat. Maar de basis bleef. Persoonlijke, sobere teksten, maar met meer muzikale omlijsting en een rockend randje. Zo is LP5 gebaseerd op het akoestische gitaarwerk van Moreland, zoals dat op ‘In Times Between’, ‘Harder Dreams’ en ‘Let Me Be Understood’ te horen valt, maar er is meer ruimte voor avontuur. Neem het relaxte ‘A Thought Is Just A Passing Train’ of ‘Terrestrial’ waar het drumwerk speels is en de echoënde piano zich hier dromerig omheen laveert. Het drumwerk is sowieso goed vertegenwoordigd doordat Moreland voor het eerst een producer benaderde. Deze Matt Pence (Jason Isbells, The Breeders) was zelf drummer van alt-countryband Centro-Matic. Hij verzorgt dan ook de drums, Bonnie Whitmore en stadsgenoot, vriend en multi-instrumentalist John Calvin Abney doen de rest.

Dat de aandacht op LP5 meer naar de muziek neigt, blijkt uit de twee instrumentaaltjes ‘Two Stars’ en ‘For Ichiro’. Beiden zijn kabbelend en ademen de rust en kalmte die kenmerkend is voor de zang van Moreland. Absoluut hoogtepunt is ‘When My Fever Breaks’. Alles komt hier samen: avontuurlijke drums, het tokkelende gitaartje, dromerig toetsenwerk en Morelands karakteristieke stemgeluid. Maar dat maakt het geen hoogtepunt. Dat zit hem in de perfectie en de puurheid van deze liefdesverklaring, die Moreland begon te schrijven toen hij met, inmiddels, zijn vrouw begon te daten en er drie jaar voor nodig had om tot dit meesterwerk te komen, dat vertrouwen en comfort ademt.

Daarin zit de schoonheid van LP5. Moreland zit in een fase van zijn leven waar de stemmen van de ambitie het hebben verloren van rust en vertrouwen. Dat uit zich in een opgewekter, vrediger en avontuurlijker geluid. LP5 is geen moetje, zonder overigens vrijblijvend te klinken. Daarvoor is een tekst als ”You’ve got ads to sell so you tell me that`s who I need to be” van de Springsteen-esque opener ‘Harder Dreams’ te urgent.
Recensent:Ruud de Zwart Artiest:John Moreland Label:Thirty Tigers
Cover Tame Impala - The Slow Rush

Tame Impala - The Slow RushBrand! Wat pak je? Kinderen? Fotoalbum? De Australiër Kevin Parker, bekend...

Cover Mura Masa - R.Y.C.

Mura Masa - R.Y.C. Alex Cronnan is de echte naam die schuilgaat achter de artiestennaam Mura...

ZOEKEN IN CD-RECENSIES

 

OF SELECTEER OP GENRE, ARTIEST, LABEL, RECENSENT