RECENSIE: Dylan LeBlanc - Cautionary Tale

Dylan LeBlanc
2016-02-16 Dylan LeBlanc komt recht uit de moerassen van Schreveport, Louisiana (voor TrueBlood liefhebbers bekend als de stad niet ver van het fictieve Bon Temps). Zijn vader, James LeBlanc, was vaste sessiemuzikant bij Muscle Shoals Studio’s, waar onder andere The Staple Singers, Aretha Franklin, Etta James, Otis Redding en Wilson Pickett albums opnamen. Omringd door soul- en countrymuziek begon Dylan LeBlanc op 11-jarige leeftijd met het schrijven van eigen nummers. Dit resulteerde slechts acht jaar later in zijn eerste album Paupers Field (2010). Met goed geschreven liedjes als ‘If The Creek Don’t Rise’ en ‘Changing Of The Season’ en een bijna kreunend stemgeluid dat samensmelt met de klanken van de pedal steels, werd hij al snel vergeleken met die andere langharige liedjesschrijver, Neil Young. Opvolger Cast The Same Old Shadow (2012) was dromeriger en donkerder, maar werd (misschien door de hoge verwachtingen) iets minder goed ontvangen. Door het melancholische stemgebruik is dit album soms beter vergelijkbaar met werk van Jeff Buckley.

Cautionary Tale kwam eind 2015 uit. Het album begint direct met het meest catchy nummer. Zo opgewekt hoorden we LeBlanc nog niet eerder. Of de teksten ook zo positief zijn, is moeilijk te zeggen. Tussen de binnensmondse en met een zwaar accent gezongen coupletten, klinkt het refrein: “Can I trust you now, not to pull me out of this cautionary tale that you know that I won’t be reading”. ‘Roll The Dice’ is wederom in majeur, maar de teksten maken duidelijk dat het glas altijd half leeg is. “If pride was a mountain, I’d be walking tall. But the valley down below is a deadly fall”. De zwaarmoedigheid die zo kenmerkend is voor LeBlanc, komt terug in ‘Look How Far We’ve Come’. De soul waarmee hij opgroeide sijpelt door de bluesy noten heen.

De arrangementen op het album sluiten naadloos aan op de sfeer die LeBlanc neerzet en voelen nooit geforceerd. Onder andere op ‘The Easy Way Out’ is het onheilspellende geluid van de strijkers te horen en doen teksten als “The lash I felt from the bible belt, brought me down on my knees” de haren van de luisteraar recht overeind staan. ‘Beyond The Veil’ is het absolute hoogtepunt van het album. De stem van LeBlanc verweeft zich met duistere soundscapes, geleid door de jankende klanken van de pedal steel. Door dit hoogtepunt voelen de laatste vier nummers bijna als overbodig. Ze zijn prachtig, maar behalve het bossanova-achtige ‘I’m Moving On’ niet erg noemenswaardig.

Met een overkill aan singer-songwriters in de folkhoek, steekt Dylan LeBlanc er met kop en schouders bovenuit. Ook met dit album kun je hem zonder enige twijfel in één rijtje plaatsen met Ryan Adams en Jeff Buckley. LeBlanc komt goudeerlijk over en de nummers zitten prachtig in elkaar. Het duurt even voordat je een band opgebouwd hebt met de liedjes, maar na een paar luisterbeurten zet je de plaat zonder enige tegenzin gewoon nog een keertje op.
Recensent:Léonie Wijnen Artiest:Dylan LeBlanc Label:Bertus
Cover Get Well Soon - Love

Get Well Soon - Love ”Now that we’ve heard the gospel, we want the christening. They’re hunting...

Cover Adrian Younge - Something About April II

Adrian Younge - Something About April II Adrian Younge debuteerde in 2000 met de EP Venice Dawn . Voor deze plaat...

ZOEKEN IN CD-RECENSIES

 

OF SELECTEER OP GENRE, ARTIEST, LABEL, RECENSENT