RECENSIE: Black Stone Cherry - Folklore and Superstition

Recensie Folklore and Superstition – Black Stone Cherry
2008-08-23 Een tamelijk onbekende band op een enorm bekend label, Black Stone Cherry bij Roadrunner Records. In de VS, het thuisland van de band, genieten ze enige bekendheid, maar in Nederland moet dat nog gebeuren. Gezien thuisbasis in Edmonton, Kentucky, zou je haast verwachten dat je een stevige portie ‘Southern Rock’ te wachten staat, of dat de nummers met blues en country invloeden doorspekt zijn. Niets is minder waar. Black Stone Cherry maakt vrij traditionele Amerikaanse spierballenrock, met slechts hier en daar een vleugje van de eerder genoemde muzikale genre’s. Dat begint al met de zanger Chris Robertson. Hij klinkt als de stereotypische Amerikaanse rockzanger met een sound die midden houdt tussen Eddie Vedder, Corey Taylor (in zijn hoedanigheid als zanger van Stone Sour) en Chad Kroeger. Gelukkig is ook de invloed van Chris Cornell in zijn stem terug te horen. De muziek laat zich nog het beste vergelijken met een jamsessie van Alice in Chains en Guns ’n Roses anno 2008 ergens in het diepe Zuiden van de VS.

Op het openingsnummer ‘Blind Man’ valt weinig af te dingen en vooral zanger Robertson laat zich van zijn beste kant zien. De daarop volgende drie nummers zijn allen bluesy powerrock anthems, alvorens de band gas terug neemt voor een ware ballad in de vorm van ‘Things My Father Said’, en laat die dan nu net zo clichématig zijn als de gemiddelde Frans Bauer hit. Gelukkig laat de band in de vorm van ‘The Bitter End’ zien dat men ook in het zuiden wel raad weet met een beetje stonerrock. ‘Long Sleeves’ is eveneens een opvallend nummer, al was het alleen maar omdat het nummer de ervaringen van een Amerikaanse Somalië veteraan beschrijft. Een episode die je niet vaak tegenkomt in nummers.

Niet alle inspiratie komt van ver. Zo is de ‘Devil’s Queen’ overduidelijk geïnspireerd door ‘You Could Be Mine’ van het al even genoemde Guns n’ Roses en ‘The Key’ door de loodzware riffs van Jerry Cantrell van Alice in Chains. Ook Robertson doet zijn best op een imitatie van Layne Staley, de inmiddels overleden zanger van die band. Eerlijk is eerlijk, de band doet ook zijn best om de eigen sound te verdiepen en hun horizon te verbreden, zo valt te horen op ‘Sunrise’. Mede op basis daarvan scoort Black Stone Cherry een voldoende voor hun tweede album.
Recensent:Nick Augusteijn Artiest:Black Stone Cherry Label:Roadrunner Records
Amanda Palmer – Who Killed Amanda Palmer

Amanda Palmer - Who Killed Amanda PalmerFans van The Dresden Dolls kunnen hun lol op dit jaar. Eerst was daar al het...

Zebrahead - Phoenix

Zebrahead - Phoenix Onopgemerkt gaat Zebrahead rustig door, met Phoenix zijn ze alweer bij...

ZOEKEN IN CD-RECENSIES

 

OF SELECTEER OP GENRE, ARTIEST, LABEL, RECENSENT